De nonstop vlucht rocks!
Vandaag moeten we naar huis, is mijn eerste gedachten bij het wakker worden. Natuurlijk is het thuis ook heerlijk en vooral heerlijk warm met temperaturen over de 35 graden, dus wat dat betreft leveren we niets in. Maar die turquoise kleur van de zee, al die kleurige boten, het witte zand, het is moeilijk er afscheid van te nemen!
Om nog het onderste uit de kan te halen staan Rick en ik om half acht op en gaan meteen ontbijten. De kinderen zijn niet zo actief en blijven nog even liggen. Katja wordt wakker met oorpijn en haar buik is ook nog niet beter, het arme kind, dat wordt geen fijne vlucht!
Na het ontbijt nemen Rick en ik onze snorkelspullen mee en gaan bij de rotsenpartij vlakbij het hotel nog even kijken wat voor “wild” we daar vinden. Als eerste staart me een enorme schorpioenvis aan! Jeetje, wat zijn die moeilijk te onderscheiden van de rotsen! Meteen een goede waarschuwing om goed uit te kijken, waar je je hand neerlegt en waar je gaat staan. Er zijn ook enorme zee-egels met lange naalden en in Senegal ben ik daar ooit door gestoken en er flink ziek van geworden, dus ook daar heb ik heilig ontzag voor.
Een schorpioenvis is nauwelijks te onderscheiden van de rotsen!
Het zicht is niet erg goed vanochtend, maar we zien heel wat vissen. Een aal, die we nog niet eerder hebben gezien wil maar niet verder tevoorschijn komen voor Rick. En een heel mooie “cowfish” heeft geen zin om model te staan en zwemt gauw weg bij het zicht van mijn fototoestel. Toch is dit traditionele laatste ochtend snorkeltripje weer erg leuk “om het af te leren”.
Na een uurtje houden we het voor gezien en ik breng mijn shortie terug naar de duikwinkel. Daar vertelt Rick ook het verhaal van gisteren en we krijgen Katja’s duik vergoed. Dat is in ieder geval iets! Hopelijk vindt Saskia volgende keer met wat oefening het masker gedoe een fluitje van een cent, want dat was het enige, dat haar van de duik weghield.
Als we nog even in het zwembad relaxen komt er een Nederlands echtpaar langs. Katja had hen al in de lift ontmoet, waar de man “Goedemorgen” had gezegd en helemaal verbaasd was, toen Katja “Ook goedemorgen” terug zei. We kletsen even gezellig over onze Nederlands-Amerikaanse situatie en hun vakantie, die via Florida naar Aruba en uiteindelijk naar New York ging en gaat. Zij komen uit Groningen en hun oudste is een jongen van 16, die Katja erg leuk vindt. Wat jammer toch, dat je leuke mensen meestal of op hun of op jouw laatste dag ontmoet!!
Mijn laatste blik vanaf mijn zwembad stoel
Om kwart voor elf gaan Rick en ik naar boven om ons op te frissen voor de reis. De kinderen blijven nog even met de vogels, die nu uit hun kooi mogen, spelen (lees: het is onmogelijk ze daar weg te krijgen en de koren van “mogen wij ook een vogel, please, please, please” zijn net als vorig jaar niet van de lucht).
Boven blijkt, dat geen van onze beide sleutels meer werken en Rick moet naar beneden om ze weer te laten activeren. Dit is nu al zeker de vierde keer deze vakantie, heel vreemd!
We pakken de laatste spullen in en roepen de kinderen naar boven. De bellman komt om de stapel baggage op te halen en ik ga uitchecken. De kinderen zijn we inmiddels alweer kwijt aan de vogels, tot onze grote ergernis, want de tijd begint nu te dringen.
Gauw rijden we naar het Radisson hotel om daar bij Gilligan’s aan het strand nog even gauw te lunchen. We laten de serveerster weten, dat we naar het vliegveld moeten en we krijgen binnen de tien minuten onze bestelling al! Dat is pas service! Ze wenst ons een goede vlucht en na alweer een stop bij de vogels van dit hotel, die de kinderen nog van twee jaar geleden kennen, gaan we op weg naar het vliegveld.
Bij Valero tankt Rick nog even bij, want de Jeep moet met een volle tank terug gebracht en om even na enen zet hij ons met alle baggage (met de snorkel- en scubaspullen is het echt veel!) bij de USA departures af en gaat de auto terug brengen.
De kinderen en ik checken vast in en geven de baggage af. Als Rick terugkomt hoeft hij alleen zijn boarding pas nog maar te halen. En dan begint het proces van de douane, want in Aruba gaan reizigers met de bestemming Verenigde Staten daar al door de douane.
In voorgaande jaren is het ons overkomen, dat we in een ellenlange rij stonden te wachten, maar dat is kennelijk alleen op zaterdag het geval. Vandaag is er in ieder geval hoegenaamd geen rij en we hebben al gehoord, dat het vliegtuig vertraagd is, dus tijd zat.
Bij de duty free shops kopen we nog wat cadeautjes en chocola voor op reis en dan moeten we onze baggage opnieuw claimen, onze paspoorten en het declaratie formulier laten zien. Hier ben ik een beetje nerveus, want ik draag mijn mooie nieuwe armband en mijn ringen fonkelen, want ze zijn als nieuw schoongemaakt, maar de douane agent kijkt er niet eens naar.
We gooien de baggage terug op de band en lopen dan door de tweede veiligheidscontrole. Weer schoenen uit, weer laptop apart, een van de Arubaanse veiligheidsagentes kijkt toe en ik verzucht: “Poeh, vermoeiend!”. Ja, zegt ze, er komt heel wat bij kijken. No kidding!
Om kwart voor twee gaan we bij de gate zitten, ruim voor boarding dus. Ik ga in het computerkamertje met Saskia samen wat internetten voor $0,20 per minuut. Zij wil een email zenden, ik koop 25 minuten om gewoon te kunnen surfen, forums lezen e.d.
Terwijl ik daar zit, zie ik het vliegtuig aankomen en als mijn tijd op is keer ik terug naar de gate. Al snel daarna begint het boarden en in plaats van de aangekondigde 16 uur vertrektijd stijgen we om half vier al op. Het is altijd even slikken als ik Aruba onder ons weg zie glijden. Het is wonder boven wonder helder genoeg om Venezuela aan de overkant te zien liggen!
Op het moment, dat ik dit schrijf is het net na zevenen en zijn we met de daling begonnen. Heerlijk, deze non-stop vlucht, zo lijkt de afstand naar ons favoriete eiland veel kleiner. We hebben weer enorm genoten!